Kronyck – 165
By Categories: De Kronyck

De Kronyck verschijnt vier keer per jaar. De Historische Vereniging Deutekom brengt de Kronyck uit samen met de Oudheidkundige Vereniging Gander (Gaanderen). In de Kronyck verschijnen artikelen over Doetinchem, Gaanderen en wijde omgeving. Ook historische verhalen en lokale wetenswaardigheden worden hierin gepubliceerd. Bijdragen van leden kunnen worden aangeboden aan de redactie van de Kronyck. Er is ook een speciale rubriek in de Kronyck met bijdragen van lezers (leden).

Het abonnement op de Kronyck is inbegrepen in het lidmaatschap en wordt gratis toegestuurd. In de boekhandel zijn losse exemplaren te koop. Losse nummers kosten € 6,00. Overname van artikelen alleen na toestemming van de redactie en altijd met bronvermelding. Exemplaren uit voorgaande jaren zijn verkrijgbaar via de redactie.

Coördinatie distributie en contactpersoon redactie tijdschrift Kronyck:
Emmy Huls
ha.huls@hetnet.nl
0314-381197

Index Kronyck van 1976 t/m 2006, klik hier
Index Kronyck van 2006 tot 2024, klik hier

Kronyck – 165

Nostalgie (afb. 1)
Aan het eind van het jaar kijkt Gerry Arendsen even terug op diverse verhalen in Kronyck en dan vooral met betrekking tot middenstandszaken die verdwenen zijn, maar toch zo verweven met de geschiedenis van Doetinchem. Een zaak die er nog steeds is, Raadgeep & Berrevoets, mocht het 175-jarig jubileum vieren. Een zaak die tot verdriet van veel Doetinchemmers verdween, Warenhuis Huls, haalde de 100 jaar niet. Toch kennen veel Doetinchemmers de familie Huls nog wel, mijnheer Henk, mijnheer Jan en mijnheer Kurt, zoals ze werden genoemd…

Miel Kaiser (afb. 2)
In Kronyck 155 werd Miel Kaiser al uitvoerig belicht door Ton Notten. Kees Wijdooge, die hem kende via de KNAC, wilde die connectie nog extra toelichten. Een promotor van Doetinchem krijgt nog even extra aandacht.

Over Boerderij ‘t Mentingslag (afb. 3)
Jarenlang heeft Henk Harmsen (✝) het zogenaamde boerengoed gedocumenteerd in Achterhoek en Liemers. Voor Boerderij ’t Mentingslag had hij een bijzondere voorliefde. Nu het inzet is van discussie bij de nieuwbouw van het Slingeland Ziekenhuis wil hij de waarde van het monument nog eens dieper belichten.

Bultendarp Gaanderen (afb. 4)
Gaanderen wordt in carnavalstijd Bultendarp genoemd naar de aldaar voorkomende zandduinen, de bulten. Dat zijn rivierduinen die ontstaan zijn aan het einde van de laatste ijstijd. In carnavalstijd worden ze bezongen: ’ík hol zo van ow bulten en van ow aangezicht’. In dit artikel wordt uitgebreid stilgestaan bij het ontstaan, maar ook bij de gevolgen van de afgraving van de duinen.

Stad Doetinchem en de gemeentewet van 1851 (afb. 5)
In 1848 werd onder leiding van Thorbecke een nieuwe grondwet geformuleerd, volgens hem de wettelijke grondslag voor een nieuw staatsbestel. Maar wat betekende dat nu eigenlijk voor Doetinchem ? Het was de bedoeling de macht van de oude regenten te ondermijnen en lokale tradities en reglementen te doorbreken. De politiek moest worden opengesteld voor een bredere laag van de bevolking. Maar of dat in Doetinchem nu zo goed lukte…

Ben Bekker bleef schrijven over de Achterhoek (afb. 6)
Kronyck besteedt aandacht aan schrijvers van streekromans uit deze regio. Ditmaal een portret van wijlen Ben Bekker. Afkomstig uit Winterswijk was hij later leraar aan de voormalige Sint Willibrord Mavo (nu Ludger College) in Doetinchem.

Ingezonden brieven uit Gaanderen #4 (afb. 7)
In oude uitgaven van De Graafschap-Bode van 1928 en 1929 trof Han Tuenter een aantal ingezonden brieven aan, ondertekend door een zekere GAANDERENAAR. Het betreft brieven die een antwoord zijn op eerder verschenen: ‘Winterswijksche Brieven’ van ene Hr. Wander die in De Graafschap-Bode van 1924 tot 1927 verschenen. In die brieven beschreef hij het wel en wee in die tijd in en rond Winterswijk. Gaanderenaar probeert in vijf brieven hetzelfde te doen over Gaanderen in die tijd. Hij noemt in die brieven de heer Wander abusievelijk Wanderer. In Kronyck 165 een transcriptie van brief nummer 5 uit de krant van 18 januari 1929, tevens de laatste brief uit deze serie.

Jongerencentrum in Doetinchem (afb. 8)
Als beatclub Shabby stopt en ook ‘’Sjoek’’ , de culturele club van initiator Jan Dekker er in 1969 de brui aan geeft, valt er voor de jeugd in Doetinchem weinig meer te beleven. Jazzsociety Davenport is nog wel actief, maar bedient voornamelijk de oudere jeugd. De tieners en twens vervelen zich stierlijk. Zelfs de cafetaria’s zitten dicht op zondag, je kan nog geen ijsje kopen. Tijd voor veranderingen. Discotheken openen de deuren en het open jongerenwerk doet zijn intrede. In twee afleveringen beschrijven de auteurs van dit artikel de jongerencultuur in het begin van de jaren zeventig.

Hoe fout kon een politie-inspecteur zijn?
In haar boek ‘Doetinchem in oorlogstijd ’noemt Inge Volker de chef van de gemeentepolitie, Hendrik Jan Lebbink, een overtuigd NSB’er. Maar volgens haar betekende dat niet dat hij klakkeloos alle eisen van de Duitsers inwilligde. Na de oorlog oordeelde een aantal Doetinchemmers vernietigend over de man met het strenge uiterlijk, de martiale snor en de norse oogopslag. Maar er waren ook voorstanders, zoals in dit artikel wordt beschreven.

Struikrovers tussen Halle en de Radstake (afb. 9)
Wie tegenwoordig van Halle via de Landstraat naar de Radstake wandelt, fietst of rijdt, heeft behalve van het (sluip)verkeer weinig te duchten. Maar ooit was dat wel anders, zo blijkt uit het artikel van Bennie Eenink. Uit oude verhalen kon hij afleiden dat het hier niet pluis was en dat reizigers beducht moesten zijn voor struikrovers. Het ruwe terrein ter hoogte van Hallerdijks Beddestee bood hen een ideale schuilplaats.

Misschien vind u dit ook leuk: