Herinneringen aan Groenendaal

In de jaren dertig openen overal in den lande zweminrichtingen. In Doetinchem wordt in de zomermaanden nog in de Oude IJssel gezwommen, maar vanwege het sterk verontreinigde water hygiënisch niet verantwoord. Het is de gemeente Doetinchem die de eerste aanzet geeft tot een betere zweminrichting. De gemeenteraad laat de Nederlandse Heidemaatschappij een plan opstellen om in het kader van de werkverschaffing een sportpark met zwembad aan te leggen. Het plan ketst in mei 1933 af als een meerderheid van de gemeenteraad het te duur vindt. Ondertussen nemen de broers Kees en Henk Misset samen met aannemer B. Bruil het initiatief tot de oprichting van de N.V. Natuurzwembad Groenendaal. Op 7 oktober 1933 passeert de akte. Naast het uitbaten van een natuurzwembad stelt de N.V. zich tot doel ‘het exploiteren van alles wat in de ruimste zin genomen gelegenheid verschaft om de sport te beoefenen’. Tien maanden later, op 17 juli 1934, wordt natuurzwembad Groenendaal geopend.

Peter Groeskamp en Erik Meinen

Henk Misset start de bouw van zwembad Groenendaal, najaar 1935 ©COLLECTIE HERMAN VERMEER.

Op 3 januari 1935 komt bad Groenendaal in de gemeenteraad aan de orde. Er is kritiek. Het zwembad brengt niet wat men ervan verwacht. Het ligt te ver buiten de stad, is te klein, te elitair, te duur en je moet twee gevaarlijke, onbewaakte spoorwegovergangen passeren om het te bereiken. Nog steeds zwemmen velen zonder enige vorm van toezicht in de Oude IJssel.
Een aantal raadsleden vindt dat het particulier initiatief juist steun verdient, anderen vinden dat het exploiteren van een zweminrichting een taak van de gemeente is. De Nederlandse Heidemaatschappij maakt in opdracht van de gemeente een goedkopere versie van het eerdere plan uit 1933. Aanvankelijk wordt het voorstel van B en W tot aanleg van een nieuw zwembad op het Hamburgerbroek met veertien tegen een stemmen aangenomen, maar als de directie van Groenendaal burgemeester W.P.J. Duval Slothouwer de garantie geeft haar zweminrichting aanzienlijk uit te zullen breiden, ziet men er alsnog van af.

ONDERBOUWD PLAN De heer A. Wesselo uit Bussum, architect van het NIVA (Nederlands Instituut van Architecten) en adviseur van de Koninklijke Nederlandse Zwem Bond, de KNZB, krijgt in 1935 de opdracht om bad Groenendaal verder te ontwikkelen. In augustus verschijnt een uitvoerig en goed onderbouwd plan, waarin een groot aantal aanbevelingen wordt gedaan.
Zo moet het restaurant een centrale ligging krijgen, waardoor het vanuit drie zijden uitzicht biedt over het terrein. Voor het restaurant moet een ruim terras naar alle zijden uitzicht bieden. De kleedgelegenheid, veertig badhokjes op één rij, krijgen een driekwart deurtje, waardoor goede ventilatie mogelijk is. De badhokjes worden zodanig geplaatst dat zo lang mogelijk van de zon geprofiteerd kan worden. In de achterwand krijgt elk badhokje een doorgeefluikje, waardoorheen garderobe kan worden afgegeven voor de centrale opbergplaats, een gang langs alle badhokjes. Het oorspronkelijke bassin, later bekend als het pierebadje, wordt in diepte gehalveerd. Het grote bassin wordt zo gepositioneerd, dat men bij het duiken vanaf een startblok of springplank geen last van de zon heeft. De voorverwarmingsvijver die zich achter de hoge duikplank bevindt, maakt dat de wateraanvoer vanaf de bron zo weinig mogelijk moeilijkheden zal opleveren. Het gehele terrein moet met bloemperken aantrekkelijker gemaakt worden en met opgaande begroeiing worden omsloten.

WEDSTRIJDBAD De bouw van een groot bassin van vijftig bij twintig meter geschiedt volgens internationale maatstaven, waardoor nationale en internationale polo- en zwemwedstrijden gehouden mogen worden. Er wordt een toren met een drie meter en één meter springplank gebouwd. Rondom het bassin is een overstortgoot op de waterlijn aangelegd, die het wateroppervlakte schoon moet houden en die hinderlijke golfslag moet voorkomen. Bij de breedte van de perrons rondom het bassin is rekening gehouden met de mogelijke plaatsing van tribunes. Het dak van de garderobe is zodanig versterkt dat ook daar publiek, notabelen, of verslaggevers plaats kunnen nemen. Over alles is nagedacht. Speciale gasten kunnen ingevlogen worden en overnachten in het nabijgelegen hotel De Vijverberg. Zo verrijst uiteindelijk een unieke en goed geoutilleerde zwemaccommodatie, heel wat ambitieuzer dan hoe de gemeente haar nieuwe zwembad volgens het plan uit 1935 zou hebben ingericht.

PROEFBORINGEN Voor schoon zwem- en drinkwater is Groenendaal afhankelijk van diverse bronnen in de directe omgeving van het zwembad. Doetinchem is in 1935 nog niet aangesloten op het waternet van de N.V. Waterleiding Oost-Gelderland (WOG). In september 1936 begint de WOG met de eerste buislegging aan de Meester Lovinklaan. De watertoren is vanaf 1938 in gebruik. In 1939 verdwijnen de laatste stadspompen uit de binnenstad. Architect Bruininkweerd rapporteert al op 17 april 1935 aan Misset, dat uit proefboringen is gebleken dat het water te veel ijzer bevat en een bezinksel op de bodem achterlaat. Men gaat op zoek naar een nieuwe bron met een betere waterkwaliteit. Het opgepompte water in de nabijheid van café ‘t Vijfje, later Boszicht en De Wrange, lijkt vooralsnog aan de gestelde voorwaarden te voldoen.

Opening zwembad Groenendaal op 16 mei 1936. Op de eerste rij v.l.n.r. mevrouw C. Misset-Hakbijl, mevrouw Duval-
Slothouwer-Adriani, Kees Misset, Henk Misset en ir. Huurman van de N.V. Gewapend Betonbouw De Kondor te
Amsterdam. © COLLECTIE ERFGOED CENTRUM ACHTERHOEK EN LIEMERS.

BOUWPROBLEMEN Aan de N.V. Gewapend Betonbouw De Kondor uit Amsterdam wordt in oktober 1935 voor de somma van 19.450 gulden de bouw van het bassin vergund. Tussen november 1935 en maart 1936 houdt architect Wesselo Kees Misset tweewekelijks op de hoogte van de voortgang. De garderobe, de badhokjes en de verdere infrastructuur leveren geen problemen op, maar de bouw van het grote bassin, met een diepte van 1 tot 4.5 meter, doet dat wel. Men twijfelt of de ondergrond, een overgang van zand naar leem, het gewicht wel zal kunnen dragen. Dat geldt ook voor de voorverwarmingsvijver achter de hoge duiktoren. Uit een rapport van het Laboratorium voor Grondmechanica (LVG) uit Delft blijkt in december 1935 dat de bouw desondanks mogelijk moet zijn.
In december wordt duidelijk dat afvoer van het bassinwater via de bodem niet mogelijk is. Voorgesteld wordt om het water in de riolering te lozen. Er wordt een gebouwtje geplaatst van waaruit twee buizen het zwem- en drinkwater oppompen. Als in januari 1936 de wanden van het zwembad staan, wordt de bodem van het bad met beton volgestort. In februari meldt Wesselo dat bij het gedeeltelijk vullen van het bassin bleek dat het bronwater toch veel ijzer bevat. Om andere putten in de nabijgelegen bosgebieden te slaan is een mogelijke, maar dure oplossing. Men besluit om de voorverwarmingsvijver zodanig aan te passen dat het water via beluchting kan worden ‘ontijzerd’. Het probleem wordt uiteindelijk, een maand voor de opening van het zwembad, naar tevredenheid opgelost.

Entree zwembad Groenendaal met hoge glijbaan,vermoedelijk begin jaren `50. © COLLECTIE GRADIE VELDHOEN..

OPENING Nadat het vliegveld op zaterdag 2 mei 1936 is geopend, volgt veertien dagen later, op zaterdag 16 mei, de officiële opening van het zwembad. H.J. Veenink is per 1 maart 1936 als directeur van het bad aangesteld. Tot de genodigden bij de opening behoren onder andere architect A. Wesselo, de heer Bloemendaal, inspecteur van de volksgezondheid, de heer A. van Geluk, directeur van De Kondor en de heer Hageraats uit Almelo, voorzitter van de afdeling Oost van de KNZB. Voorts zijn aanwezig de wethouders en leden van de gemeenteraad, alle schoolhoofden en huisartsen en de besturen van de gymnastiek- en zwemverenigingen.
Burgemeester Duval Slothouwer spreekt in zijn openingsrede de genodigden toe. Daarna volgen meerdere sprekers die het belang van het zwembad, de zwemkunst en het zwemmen in schoon, hygiënisch water onderstrepen, zoals de heer Ernste, voorzitter van zwemvereniging De Doetinchemse Dolfijn (DDD), opgericht op 10 augustus 1934, die meedeelt dat vijfentwintig jaar geleden nog slechts drie procent van de Nederlanders kon zwemmen. “Kunnen zwemmen is zalig, niet kunnen zwemmen is zielig”, aldus Ernste.
Om klokslag half vier, terwijl de muziek van orkest Masselink vanaf de wat afgelegen muziektent haar best doet tegen de straffe voorjaarsbries op te tornen en de gyrocopter en de Koolhoven- vliegmachine van Misset gezellig hun rondjes cirkelen in de heldere voorjaarslucht boven Groenendaal, maken de heren Schatens en De Goede uit Amsterdam op charmante wijze, vanaf de hoge springtoren, potsierlijke en kunstzinnige duikelingen in het diepe bassin. Met een serie prachtig uitgevoerde duiksprongen, gevolgd door de malle capriolen van een bevallig danseresje, een clown, een paar beschonken studenten en een arme drenkeling, wordt het talrijke publiek kostelijk geamuseerd. Na afloop krijgen alle aanwezigen de gelegenheid kennis te maken met het frisse nat. Al snel is het gezellig druk en verschijnen de eerste veelkleurige badjassen en -mantels. Links en rechts schieten zwemlustigen als snoeken en ware dolfijnen door het bad. Groenendaal is geopend! Voor al zijn verdiensten wordt Kees Misset op voordracht van de minister van Handel, Nijverheid en Scheepvaart op 22 augustus 1936 door koningin Wilhelmina tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau benoemd.

ONTSPANNINGSOORD De N.V. Natuurzwembad Groenendaal, waarvan alle aandelen in 1934 in bezit van de uitgeverij komen, heeft binnen twee jaar een waar ontspanningsoord gerealiseerd. Een kanovijver met roeiboten, waterfietsen en kano’s, een jongerenbad, een groot bassin gebouwd volgens internationale normen, een restaurant, een grote speeltuin, een kampeerinrichting, een hertenkamp, een manege, een vliegveld met een eigen vliegtuig, de PH-CMD, en zelfs een zweefvliegtuig. Als folkloristische attractie wordt vanuit Drenthe schaapherder Hendrik Bunskoek met zijn hond en een honderdtal schapen naar Groenendaal gehaald. De schapen moeten de grasvelden kort houden. Bunskoek trekt met zijn staf en breikous veel bekijks.
In februari 1936 koopt Misset de wielerbaan aan de Dennenweg, die onder de naam Wielerstadion Groenendaal verder gaat. Het kersverse verkeersbureau De Graafschap, opgericht door Misset, heeft de taak toeristen naar Doetinchem en de Achterhoek te lokken. Op het Groenendaal-terrein wordt in 1937 een fabriekje, de Eerste Electrische Mosterdfabriek, neergezet. Op 24 juni 1939 wordt een tennisbaan geopend, alsmede de gerestaureerde oude Saksische boerderij aan de Vossenstraat, die als museum is ingericht. Ook zijn er plannen om op een terrein tussen de Koekendaal en de Wrange het villapark Slangenburg te bouwen.
Er worden tussen 1936 en 1939 in en nabij het zwembad en het vliegveldterrein zeer veel activiteiten georganiseerd. Sterritten, grasbaan- en motorraces, wandeldagen, zangconcoursen, atletiek-, korfbal-, kaats-, wielerbaan- en voetbalwedstrijden, kleiduivenschieten, rondvluchten met de PH-CMD, zweefvliegen, feeërieke, geïllumineerde gondelvaarten, ruiterdagen en hippische concoursen, Land- en Legerdagen, en vaak bij mooi weer na afloop van een evenement, nabij het grote bad, een bal-champêtre (openluchtbal).
Vanaf 29 juli tot en met 4 augustus 1939 wordt er het Nederlands zwemkampioenschap georganiseerd en is er de strijd om de Horthy-beker, een waterpolotoernooi met de zes sterkste landen van Europa, bijgewoond door prins Bernhard. Het evenement is een trekker van jewelste. Bij het defilé van de Italiaanse ploeg toont een deelnemer de fascistengroet, een voorbode voor de jaren die komen gaan.

RODE CIJFERS Intern wordt Kees Missets financiële handel en wandel regelmatig door zijn accountant en commissaris A.J. Borghstein ter discussie gesteld. Zo ook in april 1937. Men is het erover eens dat Groenendaal de aantrekkelijkheid van de stad verhoogt en dat op termijn daardoor de bouwterreinen van Misset in waarde zouden kunnen stijgen, maar vooralsnog overtreffen de kosten de baten. Volgens Borghstein wordt er te veel geld gestoken in diverse niet-bedrijfsmatige activiteiten. Het roer moet om. Kees Misset belooft de commissarissen Groenendaal voortaan op bescheidener wijze, zonder allerlei dure festijnen, te exploiteren. Maar daar komt weinig van terecht. Tussen 1935 en 1939 wordt alleen al in Groenendaal een bedrag van 150.000 gulden gestoken. In 1938 staat bij de N.V. Natuurzwembad Groenendaal een verlies van 35.973 gulden op de balans, het jaar daarop staat de onderneming zelfs voor 51.777 gulden in het rood.

Het grote bassin van zwembad Groenendaal in de jaren ´60. © COLLECTIE JAN HUNTINK..

RAMPJAAR De wielerwedstrijd in wielerstadion Groenendaal wordt op zondag 4 juni 1939 voortijdig beëindigd. Door achterstallig onderhoud, er waren al drie jaar geen wedstrijden meer verreden, bevindt de baan zich in zo’n deplorabele staat, dat verder koersen onverantwoord is.
Op 28 augustus 1939 mobiliseert Nederland. Als het Nederlandse leger voor onbepaalde tijd beslag legt op het wielerstadion, betekent dit het definitieve einde. Het vliegtuig van Misset wordt gevorderd en overgedragen aan Soesterberg. De nationale sterrit van Ford en het concours hippique, beide gepland in september 1939, worden afgelast.
Als in 1939 de grafische CAO landelijk bindend wordt verklaard, blijkt dat de lonen van het lagere personeel fors omhoog moeten. In een enkel geval is zelfs van een verdubbeling sprake. Gemiddeld stijgen bij Misset de lonen van het drukkerijpersoneel inclusief het kader met 14 procent. Kortom, voor Misset is 1939 geen gelukkig jaar.

OORLOGSJAREN Tijdens de eerste jaren van de oorlog gaat het leven aanvankelijk gewoon door. Kinderen uit het door bombardementen zwaar getroffen Rotterdam, die vanaf 31 juli 1940 ruim een week bij Doetinchemse pleeggezinnen zijn ondergebracht, mogen hun ‘vakantie’ gratis bij zwembad Groenendaal doorbrengen. Er worden bij het zwembad en op het vliegveldterrein nog immer sportwedstrijden en evenementen georganiseerd. In juni 1941 wordt het zwembad verboden terrein voor joden.
De financiële positie van Groenendaal gaat vooruit. In 1940 wordt nog een verlies gemaakt van 57.993 gulden maar in 1942 boekt het bad voor het eerst een bescheiden winst. In april 1943, als het bedrijf zeventig jaar bestaat, wordt als bonus voor het personeel een bedrag van 2.500 gulden ter beschikking gesteld.
Op 10 juli 1943 wordt het vliegveld, dat gedeeltelijk als bouwland gebruikt wordt, met onder andere dertig volkstuintjes voor Missets werknemers, door de Duitse Wehrmacht in beslag genomen. Ondertussen wordt de houten wielerbaan gedurende de koude winters door bewoners van Oosseld en omgeving gesloopt en opgestookt. In de lente van 1944 blijkt dat de N.V. financieel gezond is, al moet het nodige onderhoud aan het bad worden verricht.

Het familiebad van zwembad Groenendaal in de jaren ´60, met op de achtergrond het restaurant waarin de jazz- en beatavonden van resp. Davenport ´65 en Shabby plaatsvonden. © COLLECTIE JAN HUNTINK.

Het grote bassin van zwembad Groenendaal, met de veertig badhokjes in de jaren ´60. © COLLECTIE JAN HUNTINK.

De zon-, lig-, en speelweide van zwembad Groenendaal in de jaren ´60. © COLLECTIE JAN HUNTINK.

NA DE BEVRIJDING Uitgeverij Misset en de N.V. Natuurzwembad Groenendaal vallen na de bevrijding tijdelijk onder toezicht van het Nederlands Beheersinstituut. Een procedure die meerdere Doetinchemse bedrijven ten deel valt. Het instituut onderzoekt de handelwijze van deze ondernemingen tijdens de oorlog. Mr. K.H. Korff wordt als tijdelijk beheerder van beide bedrijven aangesteld. Op 14 januari 1946 volgt J.W. Pol, manegehouder en paardenfokker te Diepenveen, H.J. Veenink op als directeur van Groenendaal. Pol krijgt de opdracht Groenendaal in oude glorie te herstellen. Op zondagmiddag 12 mei 1946 wordt Groenendaal heropend voor publiek. In het najaar van 1946 wordt begonnen met de bouw van een nieuw restaurant. Door materialen-schaarste wordt de bouw vaak stilgelegd. Het gebouw wordt uit steen opgetrokken en tien meter verlengd, zodat er ook toneeluitvoeringen, diners en dansavonden georganiseerd kunnen worden. De zaal biedt plaats aan 500 à 750 gasten. Ter gelegenheid van Missets 75-jarig bestaan in april 1948 wordt de drukbezochte receptie in het net geopende restaurant van Groenendaal gehouden. M. Groonheim, bijnaam ‘de Neus’, is de nieuwe uitbater van het restaurant. Hij maakt zich bij zwemvereniging DDD onsterfelijk door garant te staan voor een bedrag van 15.000 gulden. Daarmee kunnen in 1949 de door de vereniging georganiseerde nationale zwemkampioenschappen doorgang vinden. Groonheim heeft na afloop van het geslaagde evenement een klein tekort van het garantiebedrag aan DDD kwijtgescholden. Dat Geert van Veen, op 1 juli 1947 als de nieuwe directeur van Misset in dienst getreden, minder prioriteit geeft aan het ‘sportieve gedachtengoed’ van de kort na de oorlog overleden broers Misset, valt te verklaren. De uitgeverij en drukkerij eisen veel van zijn aandacht op. Het onvermijdelijke gevolg is dat bad Groenendaal in de jaren vijftig geleidelijk aan verpietert. Alles kan wel een likje verf gebruiken. De zonneweide verandert in een zandbak met molshopen. Het zwemwater vertroebelt door algengroei en er zwemmen kikkers in het bad. Groenendaal heeft een nieuwe kwaliteitsimpuls nodig.

OVERNAME De gemeente Doetinchem grijpt in. Op 2 maart 1959 besluit de raad zwembad Groenendaal voor een bedrag van rond de 100.000 gulden over te nemen. Nadat het kinderbad en de zuiveringsinstallatie op orde zijn gebracht wordt Groenendaal op 27 mei 1959 heropend als gemeentelijke zwemgelegenheid. Er is gelegenheid tot schoolzwemmen.
De prachtige zomer van 1959 brengt Groenendaal weer tot leven. Steven Greven wordt de nieuwe uitbater van het restaurant. Hij volgt Groonheim op die in de Boliestraat café-restaurant ‘t Eethoekje opent. Op 28 juli passeert de honderdduizendste – ver boven de raming van 70.000 – betalende bezoekers het loket. Uiteindelijk trekt het zwembad dat jaar 153.000 zwemliefhebbers. In de daaropvolgende twee jaar ondergaat Groenendaal een ware metamorfose. In september 1959 wordt een begin gemaakt met de uitbreiding van de zonneweide. De afrastering loopt nu door tot aan de Badweg. Het terrein wordt omgeploegd en aangevuld met ongeveer 1200 kubieke meter zwarte aarde, afkomstig van de rioleringsgaten uit de wijk Schöneveld. Daarna wordt er gras ingezaaid, zodat de zonaanbidders niet meer in het zand hoeven te liggen. In de slechte zomer van 1960 telt men 96.000 bezoekers.

Jazz society Davenport ´65. Een optreden van Training College Jazz Band op 16 oktober 1971. V.l.n.r.: Guido Nielsen, Bart van Oort, Ernst Krämer, Gerard Schennink, Jan Dokter en Rien Bergervoet. Pianist Benato van de Veen ontbreekt op de foto. © COLLECTIE PAL/ECAL

VERBOUWING Begin 1961 vinden er verbouwingen plaats die Groenendaal het gezicht geven dat velen zich zullen herinneren. Er wordt een familiebad gebouwd dat tevens als instructiebad dienst doet. Het hypermoderne familiebad met lichtblauw betegelde wanden maakt door zijn typische vorm de indruk groter te zijn dan dit in werkelijkheid is. Via vier gaten in de wand van het diepe gedeelte wordt kristalhelder, gezuiverd water in het bassin gestort, om aan de overkant weer te worden opgezogen voor een “wasbeurt” in de waterzuiveringsinstallatie. Nu het familiebad met een diepte van ongeveer 0.40 tot 1.20 meter aan alle eisen voor de jeugdige zwemmer voldoet, besluit men in 1961 het pierebadje exclusief als ondiep kleuterbad in te richten. Het kleuterbad wordt met een betonnen loopbrug in tweeën gedeeld. Aan beide zijden is er in het midden een eilandje en op de bodem zijn Disneyfiguren geschilderd.
Het aantal badhokjes wordt verdubbeld. De veertig buitenbadhokjes worden gespiegeld aan de binnenkant, terwijl daarachter een aparte ruimte wordt bijgebouwd waar bezoekers hun kleren kwijt kunnen. Links van de garderobe bevinden zich de douches en toiletten. Voor een betere hygiëne worden er rondom de baden douches geplaatst.
Het vernieuwde Groenendaal trekt in 1961 127.000 bezoekers. In de slechte zomer van 1962 nemen slechts 100.000 mensen een vermoedelijk wat kille duik. In het najaar van 1962 wordt de Vijverlaan direct verbonden met de Badweg. Deze verbetering betekent minder verkeersbewegingen op de Lijsterbeslaan. In de zomers van 1963 en 1964 wordt Groenendaal zeer goed bezocht. In 1963 wordt al op 27 juli de 100.000ste zwemmer verwelkomd. In het topjaar 1964 noteert men op 28 augustus de 200.000ste bezoeker, een grandioos record! Eind 1965 wordt tussen de hoge duikplank en de Rekhemseweg een instructiebad gebouwd dat bijna tien bij vijftien meter groot is en een diepte heeft van 0.45 tot 1.00 meter.

Beatclub Shabby 1966. Jan Dekker kondigt de band The Ro-D-ys uit Oude Pekela aan. © COLLECTIE JAN HUNTINK.

ONGEVAL In mei 1965 vindt een noodlottig ongeval plaats dat op vele Doetinchemmers indruk maakt. Gerrit Zoethout, onderhoudsmonteur van het ‘machinepark’ en van de speeltuin, komt in de machinekamer, een glazen gebouw in het verlengde van de kleedcabines, ongelukkig ten val en valt in een (geconcentreerd) chloorbad, waar hij niet zelfstandig uit kan komen. Door tegen het raam te tikken trekt hij de aandacht van een jongetje uit de Velswijk. Die waarschuwt Steven Greven, de beheerder van Groenendaal. Badmeester Jan Tieltjes en Greven trekken Zoethout uit het chloorbad. De ongelukkige wordt zwaar gewond, zijn huid is flink verbrand, naar het oude Wilhelminaziekenhuis gebracht, waar hij drie weken later aan complicaties overlijdt.

MUZIEKTEMPEL Bijna tien jaar lang is Groenendaal de muziektempel van Doetinchem. Na de oprichting op 12 mei 1965 van Jazzsociety Davenport ‘65, door Jack Mengerink, Dick Kettelarij, Hans Wilschut en Erna van Oort, wordt het restaurant van Groenendaal het domicilie van deze jazzclub. Maandelijks zijn er concerten met regionale orkesten als Training College Jazz band, Dixitown Jazz Band, Hazy Gate Bellhops, Davenport 7 en Moldy Figs en bekende Nederlandse jazzmuzikanten als Rita Reys en Pim Jacobs. Vanaf 1965 tot en met 1973 wordt er jaarlijks in oktober een driedaags festival georganiseerd, waar vele grootheden uit de internationale jazzwereld optreden, zoals Gϋnther Hampel, Monty Sunshine, Don Byas, Clifford Jordan, Ben Webster, Johnny Griffin, Gary Burton, Dexter Gordon, Kenny Drew en Yusef Lateef.
Als in maart 1966 Jan Dekker het initiatief neemt tot de oprichting van beatclub Shabby vinden er vanaf april 1966 tot in 1969 maandelijks concerten van bekende Nederlandse beat- en popbands zoals The Ro-D-ys, Tee-Set, The Shoes, After Tea en De Maskers plaats. Ook toonaangevende regionale bands als Death, The Sound Magics, The Honest Men, The Dukes, Just We en de Doetinchemse band Touch zijn te bewonderen. Tijdens de vieringen van Koninginnedag op 30 april treden er vanaf eind jaren zestig tot midden jaren zeventig populaire Doetinchemse band zoals Internos, Leonor Lead, Gin House en Threshold op.
Naast de jazz-, beat- en popliefhebbers, die eenmaal per veertien dagen het restaurant massaal bezoeken, trekt Groenendaal ondanks de natte zomers van 1965 en 1966 toch nog respectievelijk 137.480 en 148.000 bezoekers.

De bekende en populaire kastelein Steven Greven van het restaurant van zwembad Groenendaal. © COLLECTIE JAN HUNTINK.

SLOOP Eind jaren ‘60 blijkt Groenendaal vele gebreken te vertonen. Om aan de eisen van de tijd tegemoet te komen worden het familiebad en het grote bad verwarmd. Enkele jaren later worden er nieuwe badhokjes gebouwd, direct achter de entree. De oude badhokjes worden gesloopt. Ook het grote bassin wordt gesloopt en vervangen door een polyester variant. Alle aanpassingen kunnen niet voorkomen dat de loop eruit raakt. Concurrentie van verwarmde baden in Varsseveld en net over de grens in Emmerik doen Groenendaal mede de das om.
De bouw van de snelweg A18 is de definitieve doodsteek voor Groenendaal. Het zand nodig voor de aanleg van de weg wordt nabij Doetinchem uit de grond gebaggerd. Zo ontstaat Stroombroek, in de volksmond het Braamtse Gat genoemd. De eerste jaren kan men er gratis zwemmen. ‘s Avonds worden er door jongeren kampvuurtjes gestookt. Vrijheid, blijheid. Het Geldersch Landschap neemt na verloop van tijd de exploitatie van Stroombroek over. Op warme zomerse dagen trekt de plas dikwijls meer dan 30.000 bezoekers.
Na ruim vijftig jaar sluit Groenendaal eind jaren ‘80 zijn deuren. Alles wordt gesloopt. Het enige dat nog herinnert aan het ooit zo vermaarde ontspanningsoord Groenendaal is de Badweg. In 1997 wordt op de oude locatie een villawijk gebouwd.

Met dank aan: René Bakker, Karel Berkhuysen, Jan Dokter, Hetty Greven, Hans de Hartog, Jan Terbeek, Annelies Tijdink, Gradie Veldhoen en het ECAL.


Bronnen:

  • Ecal dossier Misset 1025, 1027, 1038, 1041, 1042, 1063, 1075, 1082.
  • Rapport Architect Bruininkweerd, Doetinchem, 17-04-1935.
  • Rapport van A. Wesselo, architect NIVA, adviseur KNZB, Bussum, augustus 1935.
  • De Graafschap-bode, jaargangen 1936-1970.
  • De Gelderlander, 1959-1969, Het Vaderland, 27-07-1935, De Achterhoek, 13-03-1961, De Telegraaf, 5 december 1934.
  • Beat-club Shabby, de sixties in Doetinchem, Erik Meinen en Peter Groeskamp/Poparchief Achterhoek en Liemers, Ecal, Mr. H.J. Steenbergen Stichting 2016.
  • Doetinchems verleden geïllustreerd. Pagina 79-89 door Jan Steijntjes, Uitgeverij van Geyt Productions, Hulst 1994.
  • Gesprekken met en herinneringen van René Bakker, Jan Dokter, Hans de Hartog, Hetty Greven en Jan Terbeek.
  • Jubileumuitgave Vijftigjarig bestaan van D.D.D., uitgave 1984.
  • Jubileumuitgave 75 jaar Dolphi, uitgave 2009, N.D.D.
  • Jazz in de Achterhoek, Karel Giltay, 2001. Doe Jazz ´81, Doetinchem, 2001.
  • Websites: https://www.dosvarsseveld.nl/?page_id=512.
  • https://www.dutchmultimedia.nl/1965 en https://www.dutchmultimedia.nl/1966.
  • Wikipedia: mobilisatie.
  • Kronyck 39/40, Misset en de oprichting van het zwembad Groenendaal, 1986, Keetie E. Sluyterman.
  • Kronyck 179, Was sport een uitlaatklep tijdens de bezetting? André Swijtink, juni 2021.
  • Jubileumuitgave 125 jaar Misset, Doetinchem, april 1998.
  • De Groene Tafel, periode 7 november 1942 tot en met 10 juni 1944.